Nederlanders gingen in april, mei en juni vanwege de uitbraak van het coronavirus veel minder naar de tandarts dan gebruikelijk. Het aantal mensen dat op bezoek ging bij de tandarts halveerde bijna. Ze gingen ook minder naar de huisarts, al was die daling minder sterk. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
In het tweede kwartaal was 11 procent van de mensen die het CBS heeft ondervraagd naar de tandarts geweest, tegen 20 procent in dezelfde periode een jaar eerder. De groep die langsging bij de huisarts kromp van 28 naar 23 procent. Ook brachten minder mensen een bezoek aan een medisch specialist.
"De mondzorg kwam bijna tot stilstand in de eerste weken van het tweede kwartaal, huisartsen leverden tijdens de piek van de coronapandemie minder zorg, en in ziekenhuizen werden veel afspraken en operaties uitgesteld of geannuleerd", lichten de onderzoekers toe.
Uit het onderzoek blijkt ook in het tweede kwartaal iets meer mensen positief waren over hun eigen gezondheid. Dit terwijl het aantal mensen dat in het ziekenhuis werd opgenomen vanwege het coronavirus of daar zelfs aan overleed aan het begin van het kwartaal piekte. Socioloog Tanja Traag van het CBS vermoedt dat mensen zonder klachten positiever werden over hun gezondheid. "Mensen dachten: met mij gaat het best goed als ik om me heen kijk."
Het CBS meldt ook dat de groep die zichzelf bestempelt als psychisch ongezond niet is gegroeid. Ook op het gebied van leefstijl zien de onderzoekers geen opvallende verschuivingen. Het percentage overmatige drinkers en dagelijkse rokers is verder gedaald. Dat ligt in lijn trends die ze al langer waarnemen. Overgewicht komt net zo vaak voor als een jaar eerder.