Dodenherdenking 2023. Het stilstaan bij het offer voor onze vrijheid raakte de Goudse burgemeester Pieter Verhoeve dit jaar zeer. De oorlog op ons continent en de honderden vluchtelingen die sinds vorig jaar in onze stad verblijven, brengen mij nog meer het besef hoe bijzonder het is dat we 78 jaar in vrede leven. Voor de liefhebbers; hieronder de speech die hij donderdag 4 mei hield op de Goudse Markt. War isn't over.
Speech 4 mei Dodenherdenking Gouda 2023
War is over – if you want it
Jongeren zijn verrassend.
Pas sprak ik een jeugdige ambtenaar. Ze had jarenlang bij Defensie gewerkt. Ze had er een prach>ge >jd gehad en sprak vol passie over haar oud-collega’s.
‘Weet je’ – zei ze
‘Iedere soldaat wil vrede.’
Dat lijkt een tegenstelling en dat is het niet.
Soldaten willen vrede.
Onze Goudse veteranen gingen op uitzending om de strijd de te beëindigen; om de schade te beperken.
Velen kennen dit s>lle verlangen. Zeker vandaag. Wereldvrede. John Lennon zong toekomsKastend: ‘war is over; if you want it’
En toch, velen wereldwijd ziKen midden in de strijd. Al wordt het recht beleden, de sterkste wint het pleit. Het onrecht heerst op aarde.
De leugen triomfeert, onluistert elke waarde
War isn’t over.
Er is op tal van plekken op de planeet oorlog. Zelfs op drie uur vliegen hier vandaan. Sinds vorig jaar vangt Gouda honderden oorlogsvluchtelingen op. President Zelensky vroeg niet voor niets vandaag extra steun in ons parlement. Ruim een jaar na de nieuwste inval heeT het conflict in Oekraïne zóveel slachtoffers en schade veroorzaakt. Afschuwelijk. Ook voor de familie hier. Precies daarom klinkt vanavond hier het Oekraiense volkslied. Uit solidariteit. Uit verbondenheid met dit geschonden land.
Toch is er in dit donker, hoop. Veel hoop. Laat ik vanavond komen met verhalen. Twee kleine verhalen over hoe de oorlog is verdwenen.
Ik begin met de biografie van mijn vriend Winston van Eck. Een gemoedelijke, gepensioneerd buschauffeur die vaak te vinden is in onze binnenstad. De eerste keer dat ik hem sprak, vroeg ik. ‘Waarom heet u Winston?’ Toch een bijzondere naam, niet?
Winston vertelde me het volgende. ‘Op 5 mei 1945 was het rond het stadhuis van Gouda geweldig druk. De mensen vierden uitbundig feest omdat Nederland werd bevrijd.’
Het was spannend. Hoewel de capitula>e op 5 mei inging; waren de Engelsen en Canadezen pas op 8 mei in Alphen, Gouda en Haarlem.
De afgezeKe burgemeester James -wiens keten ik draag - liep zaterdagmorgen 5 mei desondanks om 9 uur vanuit het Van Bergen IJzendoornpark naar het stadhuis. De NSB-burgemeester Acket zag dat en vertrok. Op verzoek van de Binnenlandse Strijdkrachten beklom James de trappen van het stadhuis. Inmiddels zag het er zwart van de mensen. ‘Alles lachte, alles keek blij’ noteerde een dagboekschrijver.
James hield een korte toespraak. Daarna schreef hij een brief aan de Duitse bevelhebber. ‘We verwachten u om 11.30 in De Zalm.’ Daar werd vervolgens door de Duitsers de feitelijke macht overgedragen. Gouda bevrijdde zichzelf, voor zover ik weet als enige stad van het land. Geweldloos, terwijl op andere plekken rellen waren.
Tussen die feestende mensen op de Markt waren ook de ouders van Winston. Zijn moeder was hoogzwanger. Plotseling voelde ze dat ze moest bevallen. En jawel, diezelfde dag nog werd een gezonde zoon geboren. ‘Mijn vader was zo blij dat hij me Winston Franklin Jozef noemde. Naar de geallieerde leiders Churchill, Roosevelt en Stalin.’ Een bevrijdingsbaby die mogelijk als enige ter wereld deze naam draagt. Winston als symbool van hoop.
In de oorlogsjaren werd er veel geleden. Niet alleen aan het front.
Recent ontving ik een indrukwekkende brief van mevrouw Herstel- De Ruiter. In de oorlog woonde ze in Gouda. Er was in de Hongerwinter een fors voedseltekort. In de Kadenbuurt aten duivenmelkers hun eigen duiven op. Sommige kinderen s>erven leKerlijk van de honger. De predikant van de Turfmarktkerk bedacht een bijzondere ac>e. Uit allerlei gezinnen mochten per familie twee kinderen naar boerengezinnen in Overijssel en Drenthe. Daar was
wel voldoende voedsel. Een noodgreep voor ouders die hun kinderen al een jaar slechts moesten laten leven op soep uit gaarkeuken.
Mevrouw Herstel schreef:
‘Mijn zusje Wil van 6 en ik (8 jaar) werden op maandagavond 29 januari 1945
in een vuilnisauto gestopt met nog 30 andere kinderen. Alles moest in het diepste geheim. De reis was bar. Het was donker en we moesten s>l zijn. We werden beschoten bij Zwolsebrug. We huilden en plasten in onze broek van angst. We waren graatmager en kregen bij aankomst melk, direct van de koe, waardoor we ook nog direct ziek werden. Uiteindelijk sterkten we wel aan. We bleven er tot Juni. Een half jaar. We huilden elkaar als zusjes in slaap. We hadden zoveel heimwee.’
Over deze kindertransporten heeT de Goudse filmclub Toverlint een indrukwekkende documentaire gemaakt. Mevrouw Herstel schreef me: ‘We zijn echt vergeten kinderen en leven nog steeds met angsten. In deze >jd met de oorlog dichtbij loop ik regelma>g weg bij de tv en voel de pijn van de kinderen. Je kunt een kind uit de oorlog halen, maar nooit de oorlog uit het kind.’
Ank Herstel is inmiddels 87, springlevend – ik had haar vandaag nog aan de lijn – en zit met vriendinnen op een dansgroep.
War is over – if you want it. Oorlog is afschuwelijk. Ook vandaag werden Odessa, Cherson en Kyiv aangevallen met rakkeKen en drones. Als ik dat lees, denk ik aan dat lied van Jan Nooter: ‘Geef vrede, Heer, geef vrede, de aarde wacht zo lang, er wordt zo veel geleden, de mensen zijn zo bang.’ Wat een gave en genade dan ook dat ons land al zolang zonder oorlog is. Daarom is het goed daarbij s>l te staan vanavond. Samen dankbaar te zijn voor de vrede hier. Mensen die dankbaar zijn, maken trouwens ook minder ruzie. Herinneren biedt ruimte. Herinneren bindt samen in deze wonderlijke >jd waarin zoveel op scherp wordt gesteld.
Ook na de twee minuten moeten we niet zwijgen over het onrecht. Het an>semisme is niet weg. Vreemdelingenhaat is er nog steeds. Uitsluitgedrag is aan de orde van de dag. Laat dit heden en verleden niet de toekomst worden voor onze kinderen. Laten we ons daarom uitspreken tegen het kwade. Elie Wiesel, die de Holocaust overleefde, zei: ‘Neutraliteit is in het voordeel van de onderdrukker, niet in het voordeel van de slachtoffer. S>lte moedigt de beul aan, nooit de gefolterde. Als menselijke waardigheid op het spel staat, laten we dan ingrijpen.’
Huub Oosterhuis dichKe er zo over:
Dat wij toch niet vergeten waartoe wij zijn gemaakt, dat diep in ons geweten opnieuw het licht ontwaakt. Dat in ons wordt herschapen de geest die overlee@. Dat onze lieve aarde nog kans op redding hee@.
Ik zou eraan toevoegen: dat onze lieve aarde nog kans op vrede heeT. Dank u.