'Minister wel betrokken bij zaak Wilders'

30 August 2019, 13:05 uur
Politiek
mainImage
ANP

Het begint er steeds meer op te lijken dat voormalig minister van Justitie en oud-burgemeester van Rotterdam Ivo Opstelten wel degelijk bemoeienis had met de vervolging van PVV-voorman Geert Wilders. Uit een door RTL Nieuws openbaar gemaakte nota blijkt dat er voorafgaand aan de definitieve beslissing tot vervolging overleg is gevoerd tussen het departement en het Openbaar Ministerie.

"Er is geen andere conclusie meer mogelijk", zegt Wilders' advocaat Geert-Jan Knoops. "Ik kan me niet voorstellen hoe het OM zich hier nog uit gaat kletsen." Wilders noemde het stuk weerzinwekkend. "Bewijs politieke bemoeienis. Stukken met handtekening Opstelten die zaak inhoudelijk besprak met OM en regisseerde", schrijft hij op Twitter. Hij gaf aan dinsdag aanwezig te zijn bij de zitting in de extra beveiligde rechtbank op Schiphol.

Via een Wob-procedure probeert RTL Nieuws momenteel stukken boven tafel te krijgen over de vermeende invloed van het ministerie op de vervolgingsbeslissing van het OM. De rechtbank Midden-Nederland buigt zich daar momenteel over.

Wilders staat in hoger beroep terecht voor zijn 'minder Marokkanen'-uitspraak uit 2014. Vanaf dinsdag is het de beurt aan zijn advocaat om te pleiten. Knoops gaat het hof vragen de zaak aan te houden tot alle stukken boven tafel zijn.

Afgelopen juli eiste het Openbaar Ministerie in hoger beroep een geldboete van 5000 euro van Wilders, hetzelfde als in eerste aanleg. De rechtbank achtte de PVV-voorman eind 2016 wel schuldig aan groepsbelediging en het aanzetten tot discriminatie van Marokkanen, maar legde hem geen straf op.

Op 19 maart 2014 stelde Wilders zijn publiek tijdens een bijeenkomst drie vragen: of ze meer of minder Europese Unie, Partij van de Arbeid en ten slotte Marokkanen wilden. Het publiek scandeerde steeds harder "Minder! Minder!" als antwoord op deze vragen. Hiermee zette de politicus volgens het OM aan tot haat. "Het sloganachtig karakter van de speech, uitgedragen in verkiezingstijd met veel retorische stijlfiguren, de interactie met de zaal en het gebruik van de media dragen daartoe bij."


Door: ANP