Eigenaar deed bomenkap op eigen houtje

10 October 2019, 20:20 uur
Politiek
mainImage
Marieke de Kruijf

De kap en kaalslag van de binnenstadtuin tussen de Oosthaven, de Molenwerf en de Spieringstraat is volgens de gemeente binnen de grenzen van de wet- en regelgeving gebeurd.

Dat stelt het college na een grondig onderzoek na het ingrijpende voorval in het ongerepte bosgebied in de Goudse binnenstad. Maar uit het onderzoek kwam eigenlijk naar voren dat er weinig tot niets meer te onderzoeken was. De eigenaar van de villa aan de binnenstadtuin deed de bomenkap immers op eigen houtje. 

En iets op eigen houtje doen betekent dat je iets op eigen initiatief en/of alleen doet, zonder toestemming gevraagd te hebben of anderen verteld te hebben wat je gaat doen. Vaak heeft iets op eigen houtje doen de bijbetekenis dat je anderen eigenlijk wel ten minste had moeten informéren over je plannen.

"De eigenaar van Oosthaven 17 heeft geen aanvraag ingediend voor de kap van de inmiddels gekapte bomen. Van een toets vooraf in het kader van vergunningverlening is derhalve geen sprake. De eigenaar heeft zelf geoordeeld dat de betreffende bomen binnen de daarvoor geldende normen, zoals opgenomen in de bomenverordening (een maximale doorsnede van 30 cm op een stamhoogte van 130 cm), vallen", zo schrijft het college van Gouda aan de raad.

"De bomen zijn gekapt vanaf vrijdag 6 september jongstleden", zo gaat het raadsmemo verder. "Naar aanleiding van signalen uit de directe omgeving van Oosthaven hebben op 9 en 10 september 2019 in totaal twee controles (door de ODMH en de gemeente) plaats gevonden. De betreffende bomen bleken toen al voor een deel afgevoerd en versnipperd.

Tijdens de controle op 9 september 2019 is geconstateerd dat één boomstam op grondniveau een doorsnede had die groter was dan 30 cm. Tijdens bedoelde controle was het niet meer mogelijk om de doorsnede van de stam op 1,3 meter hoogte te meten, omdat de boom reeds gekapt was. Onduidelijk was daardoor wat de doorsnede van de stam op 1,3 meter hoogte was. 

Om handhavend op te kunnen treden moet er sprake zijn van een deugdelijke en controleerbare vaststelling van de feiten en omstandigheden. Dat was voor de betreffende boom niet meer mogelijk. Voor de overige gekapte bomen was ook achteraf vast te stellen dat deze op grond van de bomenverordening niet kapvergunning plichtig waren.

Uit bovenstaande volgt dat door de ODMH niet handhavend kon, of kan worden optreden tegen de inmiddels gekapte bomen. Wel is aan de hovenier ter plaatse aangegeven dat voor een eventuele kap van de overige nog aanwezige bomen een kapvergunning moet worden aangevraagd aangezien deze kapvergunning plichtig zijn. Deze lijn is ook gecommuniceerd richting omwonenden, die een handhavingsverzoek hadden ingediend.

Tenslotte heeft de eigenaar aangegeven zeven nieuwe bomen te planten."

Aldus de memo van het Goudse college aan de raad.