Het aantal mensen met een bijstandsuitkering dat buiten Europa is geboren is voor het zevende kwartaal op rij toegenomen. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van de meest recent beschikbare cijfers. In het tweede kwartaal van dit jaar nam dat aantal met bijna 8000 toe, de sterkste stijging sinds het laatste kwartaal van 2022.

In totaal hadden 405.000 mensen eind juni een bijstandsuitkering. Daarvan waren 208.000 migranten die van buiten Europa kwamen, stelt het CBS, 51 procent van het totaal. Het gaat daarbij vooral om migranten uit Syrië, goed voor 50.000 bijstandsuitkeringen. Deze groep wordt gevolgd door Marokko (27.000) en Turkije (22.000). Andere ontvangers van bijstand komen bijvoorbeeld uit Irak, Suriname en Afghanistan.

Het aantal bijstandsontvangers die in Nederland zijn geboren, evenals hun ouders, bedroeg eind juni 180.000. Deze groep kromp voor het dertiende kwartaal op rij, met 3000 in het tweede kwartaal. Wel merkt het CBS op dat de afname sinds maart 2022 steeds kleiner is geworden. De overige groep bijstandsontvangers bestaat uit 17.000 migranten die in een ander Europees land geboren zijn. Hier constateerde het statistiekbureau een kleine stijging van ongeveer 100.

Jongeren

Het CBS meldt verder cijfers over het derde kwartaal. Zo ontvingen in totaal 404.000 mensen eind september een bijstandsuitkering, een stijging van 2 procent ten opzichte van dezelfde periode het jaar daarvoor. Gegevens over de herkomst van deze ontvangers heeft het statistiekbureau nog niet.

Vooral onder jongeren tot 27 jaar zag het CBS een stijging in het aantal bijstandsgerechtigden in het derde kwartaal, van 9 procent tot 40.000. Binnen de groep 27- tot 45-jarigen steeg het aantal bijstandsontvangers met 2000 tot 136.000. Het aantal 45-plussers in de bijstand was met 228.000 nog altijd het grootst en was vrijwel gelijk aan een jaar eerder.