Het is nu een aantal maanden geleden sinds de eerste licenties verstrekt werden aan online casino’s en bookmakers die zich mochten gaan richten op de Nederlandse markt. Dit heeft niet alleen gevolgen gehad voor de gokliefhebbers en de gemiddelde consument; ook de sporten in Nederland (amateurs, professionals, clubs en verenigingen) hebben inmiddels een goed idee van de gevolgen van het nieuwe beleid. Wat zijn de gevolgen voor de sport in Nederland en wat verwachten we van de komende maanden op dit gebied?

Meer geld voor de Nederlandse sport
De legalisatie van de online sportweddenschappen hebben ervoor gezorgd dat mensen in Nederland legaal en veilig inzetten kunnen plaatsen bij meer aanbieders dan alleen de toto en lotto. Voor de sport zelf heeft dit aspect geen extra gevolgen. Het feit dat deze nieuwe aanbieders graag meer klanten willen en daarom werken aan de naamsbekendheid, dat werpt wel zijn vruchten af. Het zal je als sportliefhebber niet ontgaan zijn dat er steeds vaker reclames staat op de shirts en de boarding langs het veld of bij de toegang van grotere toernooien.

Dit heeft alles te maken met sponsoring en directe advertenties, die door de bookmakers en gokwebsites opgezet worden om jouw aandacht te trekken. Met een klein aantal aanbieders en een ontzettend brede doelgroep zorgt dit automatisch voor flinke bedragen die betaald worden. De verwachting is dat de waarde van de sponsordeals en reclames alleen maar zullen stijgen, aangezien de Kansspelautoriteit (de Nederlandse waakhond) nog verschillende aanvragen in behandeling heeft. Wordt het aantal legale aanbieders groter, dan neemt ook de concurrentie toe.

Bij de sponsordeals blijft het grootste gedeelte van het geld bij de club zelf hangen. Dit geld kan gebruikt worden om nieuwe talenten op te leiden, de rekeningen te betalen of eventueel zelfs te denken aan uitbreiding van de club of het stadion. Een interessante ontwikkeling dus, omdat dit een aanjager kan betekenen voor de Nederlandse sporten. Hier moet wel bij gezegd worden dat het voornamelijk gaat om de topclubs bij de grotere sporten. Je lokale schaakvereniging zal niet ineens een deal binnenhalen van tienduizenden euro’s, waar Eredivisieclubs en darters in Nederland juist tal van aanboden krijgen van uiteenlopende partijen.

Kanttekening: kleiner gevolg dan beweerd wordt
Kijken we naar het grotere plaatje, dan zien we dat dit gevolg op het moment van schrijven veel kleiner is dan beweerd wordt. Andere websites spreken over toenames van miljoenen euro’s voor een gemiddelde club. Dat klinkt leuk, maar de realiteit is net even iets anders. Kijken we naar de sponsorlijst van Ajax, dan zien we naast de VriendenLoterij bijvoorbeeld alleen Unibet staan als een van de Bookmakers in Nederland. Ziggo blijft dus (zeker tot 2025) gewoon de hoofdsponsor van de Amsterdammers.

Maken we het beeld groter en kijken we naar de KNVB, dan zien we een sterke toename aan inkomsten, maar is dit zo vernieuwend? Stiekem niet, want wie zich de toto nog herinnert, die weet dat de KNVB al eerder een soortgelijke ontwikkeling meemaakte. In beide gevallen was er overigens geen sprake van opzet vanuit de voetbalbond zelf, die in beide gevallen overigens wél duidelijk voorkeur uitgesproken heeft. Wie zegt er immers nee tegen extra inkomsten?

De sponsors waren er al, de ontwikkelingen zijn niet nieuw. Er is wél meer geld voor de Nederlandse sporten gekomen, maar in een breder perspectief is het vooral de Nederlandse staatskas die de echte winnaar is van het legaliseren van online gokken.

Hoe ziet het eruit op de langere termijn?
Op dit moment zijn het de grotere clubs die profiteren, maar de voorspelling van kenners is dat dit gaat veranderen. Wanneer de KSA meer licenties verstrekt, neemt de concurrentie toe. Dat betekent dat de gemiddelde reclame of sponsordeal flink in de kosten gaat lopen. Op dit moment zien we al dat verschillende aanbieders kijken naar de kleinere sporten of clubs, om daar alvast een deal zeker te stellen. Dat betekent dat de sportwereld als geheel in Nederland binnen enkele jaren een financiële opleving zal zien, waarmee het meer te besteden heeft. De vraag is of de lokale schaakvereniging daar wél wat van meekrijgt, maar de tijd zal het ons leren.