Column Jan Steigenga |
Toch maar de Brede School
Drie belangrijke adviesorganen, te weten de Nederlandse Sportraad, de Onderwijsraad en de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving, hebben een dringend advies uitgebracht aan premier Mark Rutte om scholieren elke dag twee keer een half uur te laten bewegen. En dat naast de gewone gymlessen.
Aanvullend wordt gesteld dat met oefeningen tijdens de les, activiteiten tijdens de pauzes en na schooltijd een programma met buurtsportcoaches een gezondere leefwijze kan worden aangeleerd.
Denk ook aan activiteiten zoals tussen de lessen door vijf minuten een spel doen, rekensommetjes maken door ballen of papierpropjes over te gooien (ziet u de puinhoop voor u ) of tijdens de pauzes op het schoolplein en in de aula bewegingsspellen uit te voeren.
Er wordt gesproken over landsbelang. Sporten en bewegen is net zo belangrijk als taal en rekenen, zo stelt een woordvoerder van de Onderwijsraad. De maatschappelijke en individuele kosten van laaggeletterdheid en van niet bewegen zijn hoog. Denk hierbij o.a. aan obesitas en suikerziekte.
Uit recent onderzoek blijkt dat kinderen die op school meerdere malen per week en gedurende langere tijd beweegprogramma’s volgen, beter presteren met rekenen en wiskunde. De aloude slogan van “Een gezonde geest in een gezond lichaam” blijft blijkbaar actueel.
Tot zover één groot pleidooi voor bewegen op school, maar ook hier krijgen we weer hetzelfde liedje. De school krijgt er weer een taak bij.
De school, de school, de school………..
Echter geen geld en geen menskracht.
Zo kan iedereen wel wat roepen, maar als er niet daadwerkelijk vanuit een duidelijke visie gewerkt wordt aan een breder aanbod en een bredere ondersteuning door mensen met specifieke deskundigheid loopt ook dit stokpaardje een verloren race en vallen we terug op de welwillendheid van de toch al overbelaste leerkracht voor de groep. Een doodlopende weg.
Meer dan tien jaar geleden hebben we een korte periode gekend waarin het ideaalplaatje van De Brede School werd geschetst. Ook sprak men van de school van 8 tot 8. Stiekem was gekeken naar het Zweeds model. Onderwijsmensen waren belast met het geven van onderwijs, daarnaast waren er allerlei pedagogisch en didactisch geschoolde mensen die belast waren met andere bezigheden.
De school als centrum van vele activiteiten, niet alleen op motorisch gebied (bewegen, sport), maar ook op creatief gebied. Denk hierbij aan muziek, bouwen met technisch speelgoed, schilderen, boetseren en praktische handvaardigheid.
Helaas kwam er geen geld om dat brede aanbod te realiseren. Een andere reden was dat de Brede School niet van de grond kwam omdat men onder meer wilde gaan werken met vrijwilligers vanuit de sportclubs. Je kunt een professionele organisatie nu eenmaal niet bouwen op vrijwilligheid. Dat loopt vroeg of laat spaak. Jammer.
Ik zou de oproep van de drie belangrijke adviesorganen in een veel breder verband willen trekken. Geef de Brede School een echte kans. Stel als overheid middelen en mensen ter beschikking en het resultaat zal zijn dat de kinderen in beweging komen en werken aan hun totale ontwikkeling. De zorgkosten zullen op termijn dalen. De Brede School zal zichzelf terugverdienen. Prachtig toch!
O ja, dan moet er wel, net als in Frankrijk, een verbod komen op het mobieltje!!!
Want dat hinderlijke ding is mede de oorzaak van het gegeven dat de kinderen tien uur per dag zittend doorbrengen. Tien uur per dag!!!
Jan Steigenga is gepensioneerd directeur van een basisschool.
Toch maar de Brede School
14 September 2018, 10:00 uur
Columns