Column Theo Krins |
Al enige tijd vraag ik namens de ChristenUnie aandacht voor panden in de Tuinstraat waar voorheen de fabriek van Punselie gevestigd was. De panden raken steeds meer in verval, terwijl het panden zijn met grote historische waarde.
Omdat het erg stil bleef over de ontwikkelingen rond deze panden heeft de ChristenUnie opnieuw vragen gesteld en onlangs zijn deze vragen beantwoord door het college. Uit de beantwoording is duidelijk geworden dat er nu bestuursdwang zal worden uitgeoefend om sloop en herstel ('restauratieve herbouw') te realiseren.
Het zou mooi zijn als voor de viering van Gouda 750 jaar in 2022 deze pandjes weer in oude luister zijn hersteld en een nieuwe functie, bijvoorbeeld als Punselie Museum, hebben gekregen!
In april 2017 stelde de fractie van de ChristenUnie vragen over de slechte staat van onderhoud van de drie kleine woningen die behoren bij de koekjesfabriek Punselie. Op dit moment storten de pandjes, die overigens niet meer in eigendom zijn van Punselie, steeds meer in. Naar aanleiding van de beantwoording in 2017 en de situatie op dit moment, stelt de fractie van de ChristenUnie de volgende vragen:
Asbest
In 2017 meldt het college dat aan de eigenaar is gevraagd om het ingediende asbestonderzoek aan te vullen en een nieuwe sloopmelding te doen en dat het college in afwachting is van de resultaten van dit onderzoek.
1. Wat is de stand van zaken op dit punt? Heeft het onderzoek naar asbest inmiddels plaatsgevonden? Er is in 2017 toegezegd dat een gesprek met de eigenaar zal worden aangegaan met als doel verder verval te voorkomen en herstel van de panden te realiseren.
Antwoord: In 2015 is een omgevingsvergunning verleend voor de restauratieve herbouw van de bestaande panden op een nieuwe fundering. Dit nadat de panden zorgvuldig uit elkaar zijn genomen en met gebruikmaking van de uitkomende materialen. Voordat deze werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd, diende een asbestsanering plaats te vinden. Zoals gemeld bij de beantwoording in 2017, hebben wij de eigenaar gevraagd om het ingediende asbestonderzoek aan te vullen en een nieuwe sloopmelding te doen. Deze asbestinventarisatie is in juli 2017 ontvangen door de ODMH voor twee van de drie pandjes gelegen op de locatie Tuinstraat 10. Met deze asbestinventarisatie was het mogelijk om het asbest te verwijderen, indien er een sloopmelding zou zijn aangeleverd.
Helaas heeft de eigenaar tot nu toe stelselmatig geweigerd de sloopmelding te doen, waardoor er geen toestemming was om het asbest te verwijderen.
Bestuursdwang
Nadat op 30 mei 2018 het pand gedeeltelijk is ingestort, heeft de ODMH eveneens op 30 mei 2018 bestuursdwang (gericht op het veilig stellen van de situatie) toegepast. Op basis hiervan zijn onmiddellijk de gevel gestut en hekken rond het pand geplaatst om gebruikers van de openbare weg te beschermen en om verdere instorting te voorkomen. Omdat er geen asbest buiten het pand is gekomen, is er wat dat betreft ook geen direct gevaar voor de gezondheid. Voor die tijd is niet actief gehandhaafd, omdat er aanvankelijk geen direct gevaar was.
In verband met het recent ingestorte dak, waaronder zich de asbesthoudende platen bevinden, dient een nieuwe asbestinventarisatie uitgevoerd te worden. De bestaande inventarisatie is daarvoor niet meer toereikend. Op basis van deze nieuwe inventarisatie kan dan alsnog een sloopmelding worden gedaan. Op 30 mei 2018 is bestuursdwang toegepast, vanwege verdere instortingsrisico’s en de veiligheid van de omgeving. Op 22 juni 2018 heeft een gesprek plaatsgevonden met de eigenaar en is hem verzocht om zo spoedig mogelijk zijn plannen kenbaar te maken. De eigenaar heeft vervolgens een bouwkundig ingenieursbureau ingeschakeld om het opstellen van een aantal benodigde documenten voor hem in gang te zetten ten behoeve van de asbestsanering en de herontwikkeling.
De huidige eigenaar - Bram de Wilde - verwijt de gemeente Gouda gebrek aan de medewerking. De gemeente is echter een heel andere mening toegedaan en gaat nu dwang uitoefenen om zo de sloop en herstel van de panden te realiseren.
Erfgoedverordening
Omdat de WABO (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) niet voorziet in een bouwplicht na het afgeven van een omgevingsvergunning, was er aanvankelijk geen juridisch handvat om de herbouw te bespoedigen. Wij hebben de eigenaar er echter wel op aangesproken. Inmiddels heeft de raad medio 2017 de nieuwe Erfgoedverordening vastgesteld waarin de onderhoudsplicht voor monumenteigenaren is opgenomen (art. 2.9, resp. 2.10). Het college is voornemens om voortbouwend op die verordening thans over te gaan tot een aanschrijving gericht op restauratieve herbouw in het kader van de instandhoudingsplicht.
Eigenaar geeft geen gehoor
2. Er is in 2017 toegezegd dat een gesprek met de eigenaar zal worden aangegaan met als doel verder verval te voorkomen en herstel van de panden te realiseren.Wat heeft het college gedaan sinds april 2017 om de eigenaar te bewegen om de panden te gaan slopen en de panden daarna te gaan herbouwen?
Antwoord: De aandacht is het afgelopen jaar gericht geweest op het saneren van het asbest. Wij hebben hiertoe bij de eigenaar meerdere malen telefonisch en per e-mail aangedrongen om een sloopmelding aan te leveren. Zie ook de opmerking hiervoor over het ontbreken van een bouwplicht. De eigenaar heeft hier nog geen gehoor aan gegeven. Het slopen en uitvoeren van de verleende omgevingsvergunning voor het herstel en restauratie (2015) kan en mag dus pas plaatsvinden als de sanering van het asbest is uitgevoerd.
3. Wat gaat het college nu doen, gelet op de recente ontwikkelingen?
Antwoord: Wij zijn in gesprek met de eigenaar. Wij zetten nu in op:
- Het saneren van het asbest via dwangsom en/of bestuursdwang (reeds in gang gezet) en
- De spoedige uitvoering van de restauratieve herbouw van de panden via een aanschrijving in het kader van de instandhoudingsplicht conform de Erfgoedverordening.Zie ook www.theokrins.blogspot.nl
Theo Krins is fractievoorzitter van de ChristenUnie in Gouda en werkzaam als manager vermogensadvies bij verzekeringsmaatschappij Scildon, het voormalige Legal & General.