Een coronacrisis, een zorgcrisis, een wooncrisis, een energiecrisis, een financiële crisis. In deze tijd betekent het woord crisis onmiddellijk dat ouderen weer gebrandmerkt worden. De schuld van elke crisis wordt op dit moment in de schoenen van de ouderen geschoven.
Waar is de tijd gebleven dat ouderen gewoon omdat ze oud zijn al het respect verdienen? Hoe komt het toch dat er geen enkel begrip meer is voor het ouder worden en ouder zijn? Waarom wordt er niet naar de oudere generaties gekeken als naar mensen die alleen al vanwege het bereiken van de oudere leeftijd hun sporen in het leven verdiend hebben?
We leven in een tijd waarin bejaarden niet meer bestaan maar waarin ouderen er blijkbaar wel voor uitgescholden kunnen worden. Deze teloorgang, het worden uitgesloten als oudere is al een tiental jaren aan de gang. Met de al twee jaar durende coronacrisis is het zichtbaar aan de oppervlakte gekomen. Met het stigmatiseren van ouderen als ‘dor hout’ is het wegzetten van ouderen als overbodig een feit geworden.
Het heeft natuurlijk alles van doen met deze neoliberale maatschappij waar we al lang in leven. Het was niet toevallig dat juist neoliberale opiniemakers als Zwagerman en Kelder het beeld van ‘dor hout’ de media in slingerden. In deze ‘ik’-maatschappij worden ouderen afgeschreven als een te zware kostenpost en daarmee worden ouderen een ongewenst sluitstuk van onze samenleving.
Zo wordt door voorgaande kabinetten steeds weer aan de AOW getornd; het basisinkomen waar elke oudere na 30, 40 of soms zelfs wel 50 jaar arbeid recht op heeft en ook verdient. Eerst bedachten onze bestuurders dat het verhogen van de AOW-leeftijd veel geld zou opleveren. Onder het mom dat die ouderen zo ontzettend hard nodig waren in het arbeidsproces werd de AOW-leeftijd minimaal 2 jaar hoger en voor onze kinderen betekent dat wel 5 jaar langer werken. Een onvoorstelbare drogreden die wel als Gods woord in een ouderling ging bij de PvdA die samen met de VVD dit door het CDA bedachte plan uitvoerde. Voor de arbeiderspartij was ‘Arbeid Adelt’ belangrijker dan de vermoeide oudere werknemer die graag op 65-jarige leeftijd van zijn oude vrije dag wilde gaan genieten.
Maar het aantal ouderen groeit harder dan de kosten dalen door deze maatregel. Dus zijn er nog ingrijpendere maatregelen nodig. In het nieuwe neoliberale regeerakkoord tussen VVD, D66, CDA en CU staat nu ook dat het minimumloon ontkoppeld gaat worden van de AOW. Dat is vast en zeker niet gedaan om het AOW-inkomen gegarandeerd en stabiel te houden. En waar het minimumloon eindelijk na ook jaren stil te hebben gestaan nu verhoogd gaat worden, gebeurt dat zeker niet met de AOW.
En dan hebben we het nog niet over het pensioen van de ouderen. Geld dat door de mensen gedurende hun hele werkzame leven gespaard is om als appeltje voor de dorst na het stoppen met werken van te kunnen genieten. Zelfs in die kas van de ouderen wil de neoliberale gevestigde orde - zoals D66 - een greep doen.
De ouderen van nu waren de jongeren in de jaren vijftig, zestig, zeventig en tachtig. De wederopbouwjaren van Nederland. De jaren waar die ouderen van nu de barricade opgingen om te protesteren tegen de wereldoorlogen, de kruisraketten of om de seksuele revolutie op gang te krijgen. Het sterke gevoel van solidariteit werd een blauwdruk voor een overheid die zorgde voor een stelsel van sociale volksverzekeringen waaronder de AOW. Onbegrijpelijk dat die overheid nu geen vangnet meer is voor al die ouderen. Misschien wordt het tijd om weer eens een barricade te gaan bestijgen!