Het internet is niet meer weg te denken uit onze huidige maatschappij en vooral jongeren zitten veelvuldig achter hun laptop, tablet of smartphone. Internet en technologie is voor deze generatie een onderdeel van het dagelijkse leven, maar wanneer kunnen we spreken van een verslaving?

Er zijn verschillende soorten internetverslaving. Vele jongeren zijn verslaafd aan sociale media, gamen, chatten of porno. Online games kunnen erg verslavend zijn. Spellen worden tegenwoordig op zo’n manier ontwikkeld dat ze altijd blijven boeien. Het feit dat deze games het mogelijk maken om tegen andere spelers te spelen, wakkert ook de drang naar competitie aan. Daarnaast schieten ook de online casino’s als paddenstoelen uit de grond. Via deze websites kun je Blackjack spelen, Roulette, Poker en allerlei videoslots. Gelukkig nemen deze online casino’s heel wat maatregelen om een gokverslaving tegen te gaan. Zo moet je minstens 18 jaar zijn om te mogen spelen en kun je bepaalde limieten instellen wat betreft je speeltijd of budget.

Chatten
Een sociale media verslaving en een chatverslaving zijn erg gelijkaardig. Vele jongeren willen voortdurend contact met elkaar houden. Om niets te moeten missen, gaan ze heel de dag door elkaars sociale statuschecken. Jongeren tussen 12 en 15 jaar chatten het meest. Een sociale media verslaving of chatverslaving wordt niet snel herkend. Door vele ouders wordt het zelfs als positief ervaren dat hun zoon of dochter zoveel contacten heeft. 

Een meer bekende internetverslaving is de pornoverslaving. Deze verslaving heeft niet alleen betrekking op jongeren, maar ook op volwassenen. Porno is tegenwoordig heel toegankelijk. Via het internet kun je gratis toegang krijgen tot pornosites zonder dat je je hoeft te registreren. 

Symptomen
Van een internetverslaving is sprake als jongeren problemen krijgen ten gevolge van hun internetgebruik. De symptomen zijn onder meer: aan niets anders kunnen denken dan de sociale media, zich slecht voelen als ze geen internet kunnen gebruiken, regelmatig ruzie krijgen met anderen omwille van het internetgebruik, geen interesse meer hebben in andere activiteiten en internet gebruiken om niet aan andere dingen te moeten denken.

Het voorkomen van één van deze symptomen hoeft niet automatisch te betekenen dat iemand verslaafd is. Mensen die veelvuldig gebruik maken van het internet voor hun job of studie zijn daarom nog niet verslaafd. Wanneer er een sterke innerlijke drang is naar het internetgebruik en dit het normale functioneren negatief beïnvloedt, kunnen we pas spreken van een internetverslaving.

Uit een HBSC-onderzoek is gebleken dat 7,4 procent van de leerlingen kampt met een internetverslaving. Onder meisjes komt problematisch gebruik van sociale media het meest voor en bij jongens is er vooral sprake van problematisch gamegedrag.